Didactische wenken omtrent optimale afstemming
Leerkrachten instrument beschikken over het jaarplan amv, zodat zij de evolutie van hun leerling op dat vlak kunnen opvolgen en eventueel de keuze van stukjes en methodes hierop afstemmen.
Voor zover ze passen in het didactisch proces, worden liedjes die in de amv worden gezongen, in de les instrument gespeeld.
Er wordt een repertoire samengesteld van bekende liedjes, dat zowel in de amv-les als in de les instrument kan gebruikt worden. Ook de Suzuki-methode biedt bruikbaar materiaal.
Elke leerling brengt enkele keren per jaar zijn instrument mee naar de klas amv, speelt stukken voor en speelt samen met de andere instrumentisten. Hiervoor worden stukken gearrangeerd op maat van de klas en de leerlingen.
Een gezamenlijk project instrument/amv met toonmoment
Evaluatie van de leerling gebeurt in samenspraak tussen de leerkrachten van beide vakken.
Gemeenschappelijke werkvormen. Er wordt naar gestreefd om de werkvormen van de collega’s amv te laten doorstromen tot bij de leerkrachten instrument en vice versa. Zo kunnen zij, voor zover mogelijk binnen de voorziene lestijd, ze beiden toepassen in hun eigen les. Enkele voorbeelden van werkvormen:
voor- en naspelen (-zingen)
vormen van dictee
maken van eigen stukjes of liedjes
betrekken van andere kunstdisciplines
gebruik van media
andere
Voor zover ze passen in het didactisch proces, worden liedjes die in de amv worden gezongen, in de les instrument gespeeld.
Er wordt een repertoire samengesteld van bekende liedjes, dat zowel in de amv-les als in de les instrument kan gebruikt worden. Ook de Suzuki-methode biedt bruikbaar materiaal.
Elke leerling brengt enkele keren per jaar zijn instrument mee naar de klas amv, speelt stukken voor en speelt samen met de andere instrumentisten. Hiervoor worden stukken gearrangeerd op maat van de klas en de leerlingen.
Een gezamenlijk project instrument/amv met toonmoment
Evaluatie van de leerling gebeurt in samenspraak tussen de leerkrachten van beide vakken.
Gemeenschappelijke werkvormen. Er wordt naar gestreefd om de werkvormen van de collega’s amv te laten doorstromen tot bij de leerkrachten instrument en vice versa. Zo kunnen zij, voor zover mogelijk binnen de voorziene lestijd, ze beiden toepassen in hun eigen les. Enkele voorbeelden van werkvormen:
voor- en naspelen (-zingen)
- In het eerste jaar de methode bij uitstek voor het aanleren van een stukje: gaat snel, werkt goed in groep ... De leerlingen zijn met klank, notennamen en techniek bezig zonder dat al hun aandacht wordt opgeslorpt door het interpreteren van de (nog te moeilijke) partituur. De leerling hoort ook ineens een goed voorbeeld klinken.
- In eerste instantie speelt de leerkracht voor. Daarna kan ook de leerling voorspelen en de leerkracht naspelen, eventueel gevarieerd (= aanzet tot improviseren).
vormen van dictee
- De leerling zoekt zelf de noten van een bekend liedje of song (of een deel ervan) uit op zijn instrument en voert het uit. De noten worden al dan niet opgeschreven. Bv.: Zoek de laatste maat van Jingle Bells op gehoor.
- De leerling die een stukje heeft geoefend ‘op de gewone’ manier (vanuit een partituur), schrijft het op vanuit zijn geheugen.
- hoog – laag (bij de start)
- akkoorden (consonant/dissonant - mineur/majeur)
- akkoordveranderingen (harmonische progressie)
- Luisteren naar een opname en de maat zoeken/meeslaan
maken van eigen stukjes of liedjes
- Het maken van eigen stukjes of liedjes vergroot de vertrouwdheid met het materiaal en met notatie, het spreekt de creativiteit aan en motiveert om te oefenen.
betrekken van andere kunstdisciplines
- Beeld: tekeningen bij liederen of bij de stukjes in hun boek, tekeningen voor een voorstelling, decor maken voor optredens
- Woord: eigen teksten schrijven op bestaande melodieën; de noten lezen / klappen met een tekst (woordritme); rap
- Beweging: rondstappen op tempo van een mars, menuet, …; bewegingen of choreografie om een lied te verduidelijken
gebruik van media
- Geluids- en beeldmateriaal versterkt maat- en ritmegevoel (meespeel-cd's) of wordt gebruikt om iets nieuws aan te brengen. Het kan ook de leerlingen 'warm' maken voor iets.
andere
- ‘amv-werkvormen’ in de les instrument
- De stukjes die op instrument worden geleerd, worden tegelijkertijd vanuit een amv-hoek aangeleerd: een liedje zingen en spelen op het gehoor, het stukje zingen met notennamen, aandacht voor bepaalde ritmes, maatslaan, ...
- transponeren : het stukje spelen, maar starten met een andere noot
- ritmespel (kaartjes waarop notenwaarden genoteerd staan)
- het Notenalfabet (kaartspel)
- 'Notenmeter' = een zelf vervaardigde opwaartse meter met de notennamen: oefenen van notennamen en bewust worden van intervallen